Zwarte den
Verspreiding en habitat
Langs de hele Nederlandse kust zijn duinbossen aangeplant. In België is dit minder het geval, maar daar zijn wel veel dennen aangeplant voor de mijnbouw. De boom heeft een zonnige standplaats nodig, maar kan goed tegen sneeuw en vorst. Hij stelt weinig eisen aan de bodem, met een voorkeur voor kalkarme grond. De soort groeit op vrijwel humusloos stuifzand. Los in de duinen staan lage, grillig gevormde zwarte dennen, de zogenaamde vliegdennen. Deze bomen zijn spontaan uit zaadjes uit het bos opgekomen.
Verschil zien tussen Oostenrijkse en Corsicaanse den
fitis-zwarte den-1-sd.jpg
Als je de hele boom bekijkt is het niet zo moeilijk om te zeggen of het een Corsicaanse of Oostenrijkse den is. De Corsicaanse maakt een meer rommelige indruk, de Oostenrijkse ziet er rechter uit. Dat komt doordat de naalden van de Corsicaanse den in ‘lossere’ bundels groeien en in meer verschillende richtingen. De takjes en naalden hebben een lichter groene kleur. Oostenrijkse dennen hebben grijs-gele tot bruine takjes en de naalden hebben een donkerder groene kleur. Ze staan dichter bijeen zodat ze meer in dezelfde richting groeien. Bovendien groeien Oostenrijkse dennen op drogere grond. Je vindt ze op de eilanden in de duinen en aan de westkant van het bos. Corsicaanse dennen groeien op plaatsen waar de grondwaterstand hoger is, bijvoorbeeld op oude heidevelden. Ze worden hoger en de stammen dikker.