Kwallen algemeen
Soorten
In de Belgisch-Nederlandse kustwateren leven vijf soorten echte kwallen: oorkwal, blauwe haarkwal, gele haarkwal, kompaskwal en zeepaddenstoel. Let op, want er leven in zee nog gelei-achtige organismen die op kwallen gelijken. Zo worden de echte kwallen vaak verward met de tijdelijk vrijlevende medusestadia van poliepen, een andere groep neteldieren. Soms vind je op het strand een bezaantje. Dat is een holtedier dat enkel lijkt op een kwal, maar het niet is. Verder zijn er ook nog verschillende soorten druifvormige ribkwallen. Ondanks hun naam zijn ribkwallen geen echte kwallen, maar een aparte diergroep.
oorkwal-001-sd.JPG
Levenscyclus van de kwal
In het eerste deel van hun leven zitten kwallen vast aan de ondergrond, zoals een poliep. Uit deze poliepen groeien na verloop van tijd kleine kwalletjes, die zich afsnoeren van de poliep. Vanaf dat moment ontwikkelt de kleine kwal zich snel en zweeft hij los in het water rond. Volwassen mannelijke en vrouwelijke kwallen laten tegelijk hun voortplantingscellen los in het water, en de bevruchting vindt buiten de kwal plaats. Uit een bevruchte eicel groeit een larve die zich weer op de ondergrond vasthecht. Elke kwallensoort heeft zijn eigen seizoen. Alle soorten kwallen die in de Noordzee voorkomen worden meestal niet ouder dan een jaar. Heel uitzonderlijk, tijdens warme winters, blijven kwallen doorleven en doorgroeien. Dan spoelen er in de lente reuzenexemplaren aan.